Het dorp – Wim Daniels.
Het mooist zijn de autovrije pleinen en brinken die omzoomd zijn met bomen, lindebomen bijvoorbeeld, waar je onderdoor kunt lopen in rustige pas, met de handen op de rug, de ene hand liggend in de andere.
Van Wim Daniëls is bij Thomas Rap al een heel rijtje boeken verschenen, dit is zijn nieuwste en het gaat over de geschiedenis van dorpen in Nederland, en wel in de jaren ’50, ’60 en vroege jaren ’70.
Toen ik de nostalgische foto op de voorkant zag was mijn belangstelling gewekt en de mooie foto van de witte ‘Kapel’ van Durgerdam op de achterzijde deed de rest. Lezen dus.
In negentien hoofdstukken worden verschillende facetten van een dorp besproken. En de eerste is ‘Wat is een dorp?’ In dat hoofdstuk komt ook het begrip gehucht ter sprake. Daniëls stelt dat Nederland te druk geworden is om een woord als gehucht nog te gebruiken. In eerste instantie dacht ik dat dat toch wel meeviel, ik ben wel op plekken geweest waarvan je zou kunnen zeggen dat het een gehucht is. Als Daniëls echter vervolgt met: ‘Er loopt al snel een normale weg dwars door zelfs de allerkleinste plaats of er loopt een drukke weg in de buurt of er doemt niet heel ver weg een torenflat of bedrijvengebouw van een stad op’, besef ik dat hij gelijk heeft.
In de meeste hoofdstukken verbindt de schrijver persoonlijke herinneringen met algemene kennis, zodat het voor buitenstaanders ook interessant blijft. Zo zal iedereen in zijn woonplaats wel gezien hebben dat boeren vanuit het dorp naar de rand van het dorp, of naar een verder gelegen buitengebied moesten verhuizen. Boeren pasten niet meer midden in een dorp.
Ik vind het opmerkelijk en leuk dat in Nederland voor vrijwel alles een belangenvereniging bestaat. In het hoofdstuk ‘Het dorpscafé en het dorpshuis’ lezen we dat in 1973 zeven Groningers de ‘Compagnie tot instandhouding van bruine cafés en tapperijen op’ oprichtten. In dit boek wordt voornamelijk stil gestaan bij wat er verdwenen is of nu verdwijnt, en dan snap je wel dat mensen nostalgisch worden en ‘oude’ dingen in ere willen houden. Je ziet dat ook in acties die door burgers georganiseeerd worden om de HEMA te redden.
Al lezend kom je regelmatig iets tegen dat over je eigen woonplaats zou kunnen gaan, bij mij was dat onder meer toen ik las: ‘In sommige dorpen is het dorpsplein of de brink in de loop van de tijd verkwanseld aan auto’s en is er een pakeerplaats van gemaakt; een trieste aanblik. Het mooist zijn de autovrije pleinen en brinken die omzoomd zijn met bomen, lindebomen bijvoorbeeld, waar je onderdoor kunt lopen in rustige pas, met de handen op de rug, de ene hand liggend in de andere, al lijkt dat een vaardigheid te zijn die vrijwel niemand meer meester is.’ In mijn dorp is wel een plein met lindebomen, het heet zelfs Lindeplein en er staat een muziektent, maar onder de bomen staan auto’s geparkeerd en die bepalen de aanblik van het plein.
In het stuk over dorpsondernemers, waarvan onder meer de kleine kruideniers al lang geleden het loodje hebben gelegd, concludeert Daniëls dat: ‘Je kunt niet tegenhouden wat niet tegen te houden is.’ En zo is het.
In ‘Gemeenschapszin’ komt het dorpje Moddergat, ongeveer 220 inwoners, ter sprake. Hoe klein het dorp ook is, dankzij gemeensschapszin bestaat er een visserijmuseum, een brommerclub en een koersbalclub,en er is nog steeds een basisschool. Uit eigen ervaring weet ik dat Moddergat een mooie historische plaatsje is, een schitterend plekje aan de rand van de Waddenzee. Het dorpje heeft een nare geschiedenis, in maart 1883 vergingen er in een storm 17 van de 22 schepen, 83 vissers kwamen om. De kleine plaats werd zwaar getroffen, het werd een dorpje vol weduwe, wezen en ouders zonder hun zoons. Naast het verdriet grote armoede.
Het boek leest makkelijk weg, het amuseert en zet soms aan tot nadenken, maar op een goed moment begon ik mijn belangstelling wat te verliezen, de hoofdstukken over ‘De dorpskermis’ en ‘Dorpse tradities’ bijvoorbeeld waren wel erg toegespitst op de herinneringen van de schrijver, wat mij betreft niet allemaal even boeiend, maar dat kan ook komen omdat ik het boek vrijwel in één keer uit heb gelezen en dan wordt het misschien iets te veel. Ik raad iedereen dan ook aan het boek in gedeelten te lezen, af en toe een paar hoofdstukken houdt het fris.
De schrijver komt trouwens uit het Brabantse Aarle-Rixtel.
Het dorp – een geschiedenis.
Wim Daniëls.
Uitgeverij Thomas Rap.
2019.