Tweede Wereldoorlog

Tot het laatste uur – Traudl junge.

‘Toen ik uit Berlijn terugkwam voelde ik me klein en ellendig en was ik dankbaar voor elk beetje sympathie dat ik kreeg. Iedereen zei altijd: ‘Ach, je was nog zo jong. Je kon toch niet weten wat er allemaal gebeurd is….’ Dat was jarenlang best gemakkelijk, omdat ik met deze bemoedigende woorden mijn geweten kon sussen. Maar uiteindelijk laat het eigen onderbewuste zich niet voor de gek houden.’ 

Na de oorlog – ‘Ik moet destijds al vaak langs de gedenksteen voor Sophie Scholl gelopen zijn zonder hem op te merken. Op een dag viel mijn oog erop en toen realiseerde ik me dat zij in 1943 was terechtgesteld, op het moment dat mijn leven bij Hitler echt begon. Ik was diep geschokt, Sophie Scholl was aanvankelijk ook bij de Hitlerjugend, een jaar jonger dan ik, en zij had meteen in de gaten dat ze met een misdadig regime van doen had. Daar ging mijn excuus.’ 

Traudl Junge was tweeënhalf jaar secretaresse van Hitler. In 1947/1948 heeft zij haar herinnering opgeschreven. Toen ze deze na enkele decennia weer las schrok ze en schaamde zich; ze schreef destijds kritiekloos en met weinig afstand.

Traudl Junge op de Berghoff, Hitlers buitenverblijf.

Dit boek begint met een voorwoord van Junge, vervolgens een inleiding van journaliste Melissa Müller, dan de herinneringen die Junge in ‘47/’48 opschreef en een, door Melissa Müller samen met Junge in 2001 geschreven terugblik op Junge’s verwerking van de jaren dat ze voor de nazi’s werkte.

Verschillende gebeurtenissen zorgen er in 1943 voor dat ze samen met negen andere meisjes voorgesteld zal worden aan Hitler die een nieuwe secretaresse zoekt. Traudl Junge is de eerste die bij Hitler geroepen wordt, ze bevalt goed en Hitler laat de andere negen meisjes terugreizen naar Berlijn. Die waren voor niets gekomen. Junge beschrijft de locaties waar ze verblijft en geeft ook een beeld van de mensen die ze ontmoet. Een ‘grappige’ beschrijving is die van de binnenkomst van de beruchte dokter Morell in de wagon waar gegeten wordt: ‘Professor Morell, die op de drempel verscheen, kampte bij binnenkomst van de wagon met een probleem. De deuren van een trein, ook van de special Fürher-trein zijn op mensen van doorsnee omvang berekend. Wat zich hier naar binnen aan het wortselen was, had zo’n indrukwekkende omvang dat je bang was dat de deur uit zijn voegen zou barsten. Ik had Hitlers lijfarts tot dan toe vaak uit de verte gezien, maar het was me nooit opgevallen dat hij zo dik was.’ 

Er staan in het boek opvallende voorvallen, zo zei een gaste tijdens het theedrinken eens tegen Hitler dat ze in Amsterdam een trein met gedeporteerde joden had gezien. ‘Het is verschrikkelijk hoe die arme mensen eruitzien, ze worden vast heel slecht behandeld. Weet u dat, en staat u dat toe?’ Er valt dan een pijnlijke stilte, Hitler verlaat het gezelschap en deze gaste wordt nooit meer uitgenodigd, haar plicht om Hitler tijdens het theedrinken te amuseren had ze niet vervuld.

Wanneer in de Wolfsschanze bekend wordt dat Stalingrad is gevallen en het leger vernietigd is, is de schok groot. Hitler is die avond, bij het eten en tijdens het nachtelijk theedrinken een vermoeide, oude heer. Al gauw is hij echter weer de onaantastbare Fürher die zichzelf als een genie beschouwt, en door zijn omgeving als zodanig wordt gezien, wat lange tijd door successen werd onderbouwd.  

Dan is er de invasie, de door Hitler van te voren al tot een mislukking veroordeelde onderneming. Dat blijkt niet het geval.  Junge wijst er een aantal keer op dat Hitler de verwoestingen in Duitsland nooit met eigen ogen heeft gezien. Op rapporten over de bombardementen en bij het zien van foto’s reageerde hij woedend, niet vanwege de slachtoffers, maar vanwege het feit dat de geallieerden hem zoiets aan durfden doen. Traudl Junge wijst hem eens op de verwoesting en de ellende in München, ze zegt dat hij het eens met eigen ogen moet gaan bekijken, ze zijn op dat moment in Beieren. Hitler antwoordt dat hij weet hoe het is, maar dat er nieuwe vliegtuigen zijn gebouwd en dat de ellende spoedig afgelopen zal zijn. 

Na de aanslag op 20 juli 1944 zwelgt Hitler in zelfmedelijden, maar dat hij nog leeft is voor hem tevens het bewijs dat zijn werk nog niet afgelopen is. Junge besteedt veel aandacht aan de gebeurtenissen en de sfeer rondom de aanslag. Ze schrijft er anders over dan een geschiedkundige, ze is als secretaresse ooggetuige en heeft veel vragen, vragen waar wij inmiddels antwoorden op hebben, maar die voor haar niet beantwoord werden. 

Wanneer de Russen erg dichtbij komen moet Hitler de Wofsschanze verlaten, eerst gaat hij met zijn mensen naar Berlijn, later naar zijn westelijk hoofdkwartier in het Taunusgebergte. Traudl Junge neemt met enige weemoed afscheid van de Wolfsschanze, ze had het leven in het bos prettig gevonden.  Hitler reist in een dag en nacht geblindeerde wagon, hij komt vrijwel niet meer buiten.

Resten van de Wolfsschanze.

Hij gaat naar het hoofdkwartier in het Taunusgebergte om het westelijk front te stabiliseren en de oprukkende Amerikanen tegen te houden. Hij was bezeten van de overtuiging dat zijn persoonlijkheid het onmogelijke mogelijk kon maken. Op 15 januari 1945 vertrekt Hitler weer naar Berlijn. Junge is maar drie dagen in het Taunusgebergte geweest.

Ook in de bunker in Berlijn is Traudl Junge erbij. Ze heeft nu regelmatig haar twijfels over Hitler en de oorlog. ‘Ik voel me opeens schuldig. Ik denk aan al het ongeluk dat zich daarboven voltrekt, enkele meters boven ons hoofd, en al jaren aan het voltrekken is, door toedoen van mijn chef.’ Wie dat wil mag de bunker verlaten en vluchten, maar Junge kan het niet, ze kan niet terug naar huis en zeggen dat ze zich vergist heeft, dat ze dat nu pas door heeft nu haar eigen leven gevaar loopt. Nadat duidelijk is dat Hitler in de bunker zelfmoord zal plegen sleept de tijd zich voor. Traudl Junge wacht op dat moment, dan is er eindelijk een beslissing genomen, nu leven ze in de bunker in grote onzekerheid, wat gaat er gebeuren? Hitler scheldt op de hele wereld en heeft erg met zichzelf te doen. Dat in de bunker een onwerkelijk spel gespeeld wordt door Hitler kun je zien als niet lang voor het einde kolonel-generaal Von Greim naar de bunker moet komen om als opvolger van de in ongenade gevallen Göring benoemd te worden. Von Greim krijgt het opperbevel over de, niet meer bestaande, Luftwaffe. 

In de bunker wordt toch nog geluisterd naar Hitler, ook Traudl Junge hoopt bijvoorbeeld op nieuws van Wenck en Stein, twee legeraanvoerders die met hun troepen Berlijn moeten ontzetten. Die troepen zijn er niet meer, maar dat wordt door Hitler ontkend.

Een bijzonder moment beleeft Traudl Junge als ze samen met Hitler zit en hij haar zijn testament dicteert. Junge heeft het op deze momenten moeilijk, terwijl Hitler zijn zelfmoord aan het plannen is vechten kinderen in Berlijn in zijn naam tegen de Russen.

Ruim na de oorlog merkt Junge dat mensen in haar geïnteresseerd zijn vanwege het historische verhaal dat ze kan vertellen. Er is geen aandacht voor het schuldgevoel dat ze heeft omdat ze voor de man gewerkt heeft die met mateloze destructiedrift miljoenen mensen leed heeft bezorgd. In het hoofdstuk ‘Chronologie van een schuldverwerking’ wordt de tijd na de Tweede Wereldoorlog behandeld.

Ik kom nog een keer terug op het nawoord van het boek ‘Het verhaal van een Duitser ‘ van Sebastian Haffner, daarin wordt over mensen als Gemmeker en de Duitse bevolking tijdens de Tweede Wereldoorlog gezegd: wie niets zag, zag niets omdat hij niets wilde zien.

Opvallende zin in dit boek: Traudl Junge geeft toe dat ze van de omvang van de jodenvervolging vermoedelijk alleen niets geweten heeft omdat ze niets weten wilde.

Traudl Junge’s manuscript geeft een kijk op Hitler en zijn omgeving door de ogen van een jonge vrouw, een vrouw die tot de laatste uren bij Hitler gebleven is.  Een bijzonder boek, zeker door de schuldverwerking van Traudl Junge.

Tot het laatste uur – Het intrigerende levensverhaal van Hitlers secretaresse.

Traudle Junge.

Kosmos uitgevers.

2002.

Laat een antwoord achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *